Voor het slapengaan

Er was eens …

Er waren eens …
een prinses en een prins

Ga rechtop staan, Druk je voeten stevig in de grond.
Maak een sierlijke buiging terwijl je inademt en adem uit.

Ze liepen door het bos,
met blote voeten over het mos.

Steun afwisselend op je linkerbeen en je rechterbeen.
Wieg zo zachtjes heen en weer.  

’t was herfst in sprookjesland,
blaadjes vielen in het zand.

Strek je armen boven je hoofd. Adem in en maak je zo groot mogelijk.
Beweeg met al je vingers en laat je armen zachtjes naast naar beneden komen.

Het werd al frisser buiten.
Vogels gingen zachter fluiten.

Omhels jezelf en wrijf je armen warm.
Adem diep in en leg je wijsvinger op je mond. Adem uit.

Prinses vond het veel te kil,
dus wandelden ze heel stil

Schommel zachtjes van links naar rechts.

naar het kasteel toe.
Wat waren ze plots moe!

Ga in kleermakerszit zitten.
Leg je handpalmen tegen elkaar en leg ze tegen je linkeroor.
Buig je hoofd licht naar links en sluit je ogen. Wissel van kant.

Ze moesten heel erg gapen
en wilden wel 100 jaar slapen!

Leg je handen over je ogen. Wieg van links naar rechts.

Slaapzacht prinses,
slaapzacht prins.

Ga zachtjes liggen en  laat je onderstoppen.